Doe de test en kijk welk type het beste bij jou past.
Het is geheel vrijblijvend en je kunt de uitslag meteen bekijken.
Je hoeft geen gegevens achter te laten.
a) Je wordt boos, maar zegt niets.
b) Je zegt het meteen, eerlijkheid vind je heel belangrijk.
c) Ach een leugentje om bestwil mag best.
a) Je wacht dat je baas er mee komt. Ooit ben jij aan de beurt.
b) Je wilt nu salarisverhoging en vraagt dit direct.
c) Je wacht op het moment dat je het durft te vragen.
a) Ik kom nooit te laat, eerder te vroeg.
b) Story of my life, ik heb nog wel een goede smoes.
c) Ze mogen blij zijn dat ik er ben.
a) Ik ben al maanden aan het plannen.
b) Ik ga jaarlijks naar dezelfde bestemming.
c) Ik ga met mijn vrienden mee, het maakt niet uit waar naartoe.
a) Ik twijfel niet en ga op mijn doel af.
b) Ik zorg graag voor anderen en ben soms te lief.
c) Ik volg mijn gevoel en doe wat goed voelt.
a) Druk? Ik heb nergens last van.
b) Veel te druk, ik heb tijd tekort.
c) Druk, maar ik maak tijd voor belangrijke dingen.
a) Halfvol
b) Halfleeg
c) Ik doe het in een kleiner glas, dan is het glas vol.
a) Het was een dure maand, dus dat is mooi meegenomen.
b) Je zegt het meteen, want anders klopt de kassa niet.
c) Je geeft het geld terug en legt de cassière uit hoe het moet.
a) Je lacht vriendelijk en bedankt. Het gaat om de intentie.
b) Je geeft het cadeautje bij de eerstvolgende verjaardag door.
c) Je bedankt en vraagt of je het mag ruilen.
a) Alles is de natuur is mooi.
b) Het eerste bloemetje wat opkomt in de lente.
c) Het kolossale gewei, de imponerende hals en de trotse houding van een hert.
a) Lekker lang uitslapen en relaxen.
b) Goed georganiseerd zodat er geen tijd verloren gaat.
c) Niets plannen, ik zie wel wat er komt.
a) Elke dag is een feestje.
b) Ik hou helemaal niet van feestjes.
c) Feestje, wanneer kan jij?
Tel de cijfers van de antwoorden die je hebt gekozen bij elkaar op.
Vraag 1 : (a=3) (b=9) (c=6)
Vraag 2 : (a=3) (b=9) (c=6)
Vraag 3 : (a=3) (b=6) (c=9)
Vraag 4 : (a=9) (b=3) (c=6)
Vraag 5 : (a=9) (b=3) (c=6)
Vraag 6 : (a=9) (b=3) (c=6)
Vraag 7 : (a=6) (b=3) (c=9)
Vraag 8 : (a=6) (b=3) (c=9)
Vraag 9 : (a=3) (b=6) (c=9)
Vraag 10 : (a=3) (b=6) (c=9)
Vraag 11: (a=3) (b=9) (c=6)
Vraag 12 : (a=6) (b=3) (c=9)